Continu meten met sensoren

Sensoren
Koeien stoten bijvoorbeeld minder ammoniak uit wanneer er minder ruw eiwit in het voer zit. De meetdata geven een veehouder de mogelijkheid om actie te ondernemen op basis van de specifieke situatie op het bedrijf. Naast de veehouder en de overheid, kunnen ook ketenpartijen geïnteresseerd zijn in de werkelijke emissies en de mogelijkheden om deze te beperken. Bijvoorbeeld om met behulp van deze informatie producten met een duurzaamheidsclaim en mogelijke meerwaarde op de markt te brengen. Naast inzicht bieden aan de veehouder, kunnen sensoren dus bijdragen aan de informatievoorziening over de emissies binnen de keten en een betere borging bieden van de gestelde emissiefactoren van staltechnieken.
De Rijksoverheid werkt nauw samen met de sector, ketenpartijen en andere belanghebbenden bij de (door)ontwikkeling van bedrijfsspecifiek meten met sensoren. Er wordt daarbij ook samengewerkt met de provincies, gemeenten en omgevingsdiensten.
Onderzoek op het gebied van meten van in de veehouderij
Enkele belangrijke conclusies uit het rapport zijn:
- Van de sensoren voor het meten van de concentraties ammoniak, methaan, fijnstof en geur, zijn de sensoren voor het meten van ammoniak en methaan het meest ver ontwikkeld. Voor fijnstof zijn de sensoren minder goed ontwikkeld en voor geur is de ontwikkeling nog in de beginfase.
- De toepassing van sensoren hangt af van de bedrijfssituatie. In mechanisch geventileerde stallen, bijvoorbeeld bij varkens, is het gemakkelijker om te meten. In open stallen is het moeilijker mogelijk om met behulp van sensoren betrouwbare continue metingen te verkrijgen. Betrouwbaar meten van de luchtverversing (debietmetingen) in (zeer) open stallen is bijvoorbeeld lastiger.
- De gewenste nauwkeurigheid van sensoren en meetmodellen hangt af van het doel en het niveau waarvoor ze worden gebruikt. Een doel kan zijn om de sensoren te gebruiken voor eigen inzicht van de veehouder (informeren), ten behoeve van duurzaamheidslabels en/of claims inzake een duurzame bedrijfsvoering (stimuleren) of het kan dienen als bewijsvoering richting de vergunningverlener (borgen).
De quick scan is te vinden via de volgende link: Quick scan sensortechnologie voor monitoring luchtkwaliteit en emissies in de veehouderij (wur.nl)
De nadelen van continu meten
Allereest zijn stallen in Nederland niet gebouwd met in het achterhoofd dat ze meetbaar moeten zijn voor emissiemonitoring. Wanneer een veehouder een doelvoorschriftvergunning zou willen aanvragen op basis van continu meten zou het kunnen zijn dat eerst de stal aangepast moet worden.
Ten tweede zijn er kosten voor het meten van de stalemissies die naar schatting 10 tot 20 duizend euro bedragen per jaar. Het is belangrijk dat de emissies op wetenschappelijk verantwoorde manier worden gemeten, maar hier zit dus wel een prijskaartje aan.