Onderzoek naar het mestspoor

Met goed mestmanagement zijn de emissies van methaan en ammoniak te verlagen. Er zijn nu al maatregelen mogelijk, maar er lopen verschillende onderzoeken naar oplossingen voor de lange termijn. Deze oplossingen zijn nodig om richting 2050 de emissies te minimaliseren.

Methaan uit mest oxideren bij koe, varken en kalf

Het is mogelijk om methaan uit opgeslagen mest minder schadelijk te maken door het te oxideren, oftewel te laten reageren met zuurstof. Het methaan wordt dan omgezet naar koolstofdioxide, dat een circa 25 keer minder sterk broeikasgas is dan methaan. Door methaan af te vangen uit afgesloten mestopslagen kan ammoniakemissie uit opgeslagen mest met circa 90% worden verminderd (afdekkingseffect) en tegelijkertijd de methaanemissie met 60 - 98% (afhankelijk van welke van de drie oxidatietechnieken wordt gekozen).

Methaan kan worden geoxideerd door verbranding (1. thermische oxidatie oftewel affakkelen) of met behulp van bacteriën (2. bodemfilter en 3. biofilter). De drie technieken verschillen onder andere in kostprijs, benodigde vergunningen, onderhoud en werking. Binnen Integraal Aanpakken is de afgelopen jaren al veel ervaring opgedaan met het installeren en functioneren van de oxidatie-installaties op veehouderijbedrijven. Lees meer over methaanoxidatie in het Integraal Aanpakken online magazine.

Helaas, uw cookie-instellingen zijn zodanig dat deze video niet getoond kan worden. Vink marketing aan in uw cookie-instellingen en ververs deze pagina om de video te tonen.
Veehouderij & Klimaat | Vlog methaanoxidatie in de praktijk

Bron: Integraal Aanpakken

Mest koelen bij koe, varken en kalf

Het verlagen van de temperatuur in de mestkelder of in een externe opslag is een methode om emissies te verminderen. De enzymatische omzetting van ureum naar ammoniak door urease is trager bij lagere temperaturen. Van methanogene bacteriën (bacteriën die methaan produceren door methanogenese) weten we uit eerder onderzoek dat ze bij een temperatuur onder de 8°C nagenoeg niet actief zijn. Hierbij kan de restwarmte idealiter worden gebruikt voor andere processen (zoals verwarming of het drogen van gras of mest).

Er zijn indicatieve emissiemetingen uitgevoerd in twee melkveebedrijven. De tussentijdse resultaten bij deze bedrijven zijn (nog) niet eenduidig. Momenteel wordt onderzoek gedaan naar een koelingssysteem dat drijfmest buiten de mestkelder tot een gewenste temperatuur brengt en de gekoelde mest vervolgens in de mestkelder terugpompt. Dit kan efficiënter zijn. Tot zeker 2025 moet meer ervaring worden opgedaan met de implementatie van de verschillende toepassingen van koeling in de praktijk

Mest aanzuren bij koe, varken en kalf

Het toevoegen van zuren verlaagt de pH van de mest. Hierdoor stopt de omzetting van ammonium in ammoniak. Ammoniakemissies uit opgeslagen mest kunnen door aanzuren verminderd worden met 40 - 65%, methaanemissie met 50 - 90%. Het werkelijke effect op de emissies is afhankelijk van het type zuur en de toegevoegde hoeveelheid.

Op dit moment wordt er gewerkt aan een publicatie met een overzicht van de stand van zaken van deze techniek, de aard van de mogelijke belemmeringen voor toepassing in Nederland (biofysisch, institutioneel en economisch) en mogelijke ontwikkelrichtingen om die belemmeringen weg te nemen. Lees meer over mest aanzuren in het Integraal Aanpakken online magazine.

Verdunde mest aanwenden bij koe, varken en kalf

In een advies van de Commissie Deskundigen Meststoffenwet is geschat dat het verdunnen van mest voor aanwending met 0,5 deel water op 1 deel mest leidt tot een ammoniakemissiereductie van 20 - 30%. Door verdunning infiltreert de dunne mest mogelijk sneller in de grond en wordt de ammoniakale stikstof (TAN) concentratie in de mest lager, waardoor mogelijk de ammoniakemissie vermindert. Maar door het grotere volume mest dat moet worden toegediend voor eenzelfde stikstofgift bestaat ook een risico dat de ammoniakemissie toeneemt en dat daardoor een mogelijke reductie door verdunning (deels) weer teniet wordt gedaan.

Binnen Integraal Aanpakken loopt een meerjarig onderzoek om de emissies van verdunde mest aanwenden in de praktijk te meten. Het is belangrijk om dit meerdere opeenvolgende jaren te onderzoeken, zodat ook effecten van verschillende weersomstandigheden kunnen worden meegenomen.

Additieven toevoegen bij koe, varken en kalf

Momenteel voegen sommige Nederlandse melkveehouders middelen aan de mest toe om verschillende processen te verbeteren of te stoppen. Er is echter nog niet veel bekend over de daadwerkelijke effecten op de emissies. Om de claims over mestadditieven te kunnen onderzoeken hebben Wageningen Livestock Research en Monteny Milieu-advies in het kader van Integraal Aanpakken een pottenproef ontwikkeld. Deze pottenproef laat bij enkele mestadditieven positieve resultaten zien. Vervolgens is het noodzakelijk om mestadditieven in de praktijk te testen.

Aan de slag

Wil jij weten waar jij direct mee aan de slag kunt aan de hand van het mestspoor? Kijk dan hier.